Mwororo spreekuur

Mwororo spreekuur

dinsdag 22 februari 2011

heftige start van de week




Maandag 21 februari. Naar Majembeni. 500 meter voor onze werkplek uitgestapt, om naar de put in aanleg te kijken, hij wordt nu van binnenuit opgemetseld, 3 man zijn er aan bezig op 15 meter diepte. Dan moet de put zeker voor de regentijd klaar kunnen zijn. Op dit vroege uur schijnt er nog geen licht in, zodat ik niets kan zien in dat diepe gat. Dan doorgelopen naar de spreekuurlocatie, tussen allerlei hutjes door, maar ik kan mijn weg wel vinden. Op het spreekuur zie ik het meisje terug met de spaakverwonding, door het nat- en schoonhouden met savlon en de antibiotica ziet de wond er prachtig uit, granuleert goed, die kan dan ondanks de grootte over drie weken helemaal dicht zijn, beleid gecontinueerd. Tussendoor loop ik vaak even naar buiten om de ziekste kinderen er tussenuit te halen; één kindje van twee is duidelijk erg ziek, temp blijkt 40 graden, en ijlt. Naast de longontsteking heeft het ook malaria, maar houdt niet veel binnen, deze situatie kan  snel fataal zijn, daarom direct quinine gespoten; daarmee worden de malariaparasieten grotendeels gedood, en knapt het kind zover op dat  het weer medicijnen kan slikken; ik ben dus heel erg blij dat ik vorige week quinine had gekocht. Ook de vrouw met suikerziekte en nog maar één been komt weer, haar bloedsuikerwaarden willen maar niet zakken, de wond aan haar ene voet is goed genezen, mar ik voorzie problemen, ze zal waarschijnlijk aan de insuline moeten (die wij niet in onze voorraad hebben, oa bewaar- en logistieke problemen), maar ze woont heel erg af en is echt heel erg arm; hoe komt die bij het ziekenhuis en aan de medicijnen ?  Volgende week komt ze weer  terug, nu maar weer de brommertaxi betaald.


Er komt een meisje met een groot abces in haar nek waar na insnijden echt heel veel troep uitkomt; en een meisje met twee heel harde maar niet pijnlijke lymfeklieren in de nek, toch verdacht, TB ?   ’s-Middags langs het ziekenhuisje, het kindje met HIV en de nekstijfheid opgezocht, met moeder en de clinical officer als tolk gesproken over financiële steun bij verwijzing. Zelf geeft ze aan maar 400 Ksh bij te kunnen dragen, vader is er weer eens niet, en naar Malindi kost 8000 Ksh alleen voor de ambulance, daarbij komen nog de kosten voor opname en medicijnen. Ik zie ook wel dat ze niet reëel kunnen bijdragen, het Molenbergpotje wordt ervoor aangesproken, maar ik zal eerst nog met Anidan contact opnemen, een op Lamu gevestigd weeshuis met Spaanse kinderartsen en een opnamemogelijkheid, en dat is geheel gratis en ook dichterbij.

Dinsdagochtend naar Soroko, bijna een uur rijden. Onderweg komen we JanWillem van Casteren tegen, een Nederlander, die na de tropische landbouwschool en een aantal jaren NGO werk, voor zichzelf is begonnen en met zijn gezinnetje in Malindi woont. Hij begeleidt honderden boeren tot 200 km boven Malindi bij het kweken van pepertjes (pilipili) en paprika (pilipili-hoho) en neemt die ook tegen faire prijzen van hun af, even bijgepraat, hij heeft nog een aantal mogelijkheden Rotary Doctors van dienst te zijn.  In Soroko zitten er dertig mensen, en Teresa begint met een gezondheidsvoorlichtingpraatje, over bloedarmoede, en oorzaken als wormen, eenzijdige of ondervoeding, chronische diarree, en bij chronische ziekten als TB en HIV. Ze doet dat met veel plezier, erg interactief, er wordt heel wat afgelachen, en aan het eind heeft ze een samenvatting, die ze door de toehoorders zelf liet invullen met de goede antwoorden, ze kreeg applaus en dat had ik niet eerder meegemaakt ! 


Ook hier een kind met 40 koorts, een geretardeerd meisje van vier, met een halfzijdige verlamming, dat ook quinine gespoten krijgt; zou dat nu echt ¾ jaar nooit nodig geweest zijn ?  Een negentig jarig dametje heeft het hoogste woord en gaat straks weer achter op de pikipiki naar huis. Na vijf uur spreekuur ( en vanaf 12 uur heel erg warm onder de golfplaten) weer naar huis, bijna een uur in de hete auto ( geen airco..) en ondanks de diepe kuilen en hobbels in de weg sukkel ik in slaap. Folkert is al thuis en heeft na een douche een koel plekje gezocht, hij was naar Witu, ook een uur rijden, dichtbij Soroko, en was ook in slaap gesukkeld. Oude mannen. Maar die gaan dokteren in Kenia omdat de Keniaanse artsen in de USA of Engeland werken. Met Anidan kan ik helaas geen contact krijgen, dan maar mailen en morgen afhandelen.
Over Witu is wel eea te vermelden, ook al is het een heel klein plaatsje, met een politie- en legerpost, en een dispensary.  Mpeketoni is heel jong, net 50 jaar geleden ontstaan, maar Witu was in de 19e eeuw de zetel van en sultanaat en de hoofdstad van de staat “Swahililand” (1862-1888). De sultan liet toen een kanaal graven tussen de oude bedding van de rivier de Tana en een klein riviertje daar, en de rivier volgt tegenwoordig dit kanaal, dat nu gewoon een bruine rivier is, de Tana komt van de noordkant van Mount Kenia, stroomt dan oostwaarts naar Garissa en dan heel kronkelend door de dorre woestenij naar het zuiden om bij Garsen richting Witu en Kipini aan de oceaan uit te komen. Er wonen al lang Swahili mensen met de oorspronkelijke Bantu-taal met veel Arabische invloeden, Moslims. Uit Witu zouden ook de mensen komen die de Amerikaanse Ambassade in Nairobi hebben opgeblazen, maar er komen ook veel Somali’s, die vaak niet makkelijk zijn te onderscheiden van de Swahili.
Als je rond kijkt zie je langs de wegen altijd fietsende mensen, met van alles achterop: een enorme baal houtskool van 50 kg die hier nu voor 300 Ksh verkocht worden; daar koken de meeste mensen op, gas is ondenkbaar.  Of een krat met twee vrolijk rondkijkende geitjes onder de snelbinder, of vier kippen aan een touwtje om hun acht poten , op hun kop bungelend aan het stuur. Even van de weg op het platteland zijn mensen aan het zwoegen op vaak pas platgebrande stukken, om op hun shamba wat te verbouwen. In Mpeketoni  town, zoals het heet, vijf straten N-Z en vijf O-W is veel bedrijvigheid, er is een marktje, maar ook hangen er heel veel mensen rond die niets te doen hebben, de mannen verhuren zich als los-arbeider, de vrouwen verkopen dezelfde producten van hun landje als alle andere vrouwen, die dus niet verkopen. Er zijn wat meer gespecialiseerde winkels in opkomst: bookshop, telefoonshop, elektronica met wat  computerspullen en cartridges, maar bijna alle winkeltjes verkopen dezelfde spullen als blue band en heel veel medicijnen als pijnstillers; de antibiotica in alle soorten gaan veelal zonder recept bij wel vijftien  “duka la dawa”, medicijnwinkels over de toonbank, ze noemen zich chemist, of via de lokale en zeer gewaardeerde clinical officer Ruben Mucheri , die de mensen echt goed onderzoekt, en dan ook de medicijnen voorschrijft die aan de andere balie verkocht worden, een soort apotheekhoudende huisarts. 
Donderdag avond begin de moskee al met een tijdige oproep voor het vrijdaggebed, en dan natuurlijk ook om vier en vijf uur in de ochtend, zaterdag aan het eind van de middag beginnen sommige kerken met hun oproep, net als de moskee met luidsprekers; en in town, dit kleine dorp, zijn wel 25 kerken !  Er zijn regelmatig predikers op een klein podium, die dan een vurige preek houden zomaar op straat, Billy Graham’s in het zwart, met een viertal dames swingend om zich heen en een tiental meisjes als cheerleaders voor het podium, met opzwepende muziek uit schetterende boxen, en een donderpreek omdat de duivel  weer op pad gaat ! Zondagmiddag slentert dan iedereen door de dorpsstraat,  en kijkt naar de predikers, soms ernstig, soms lachend, maar vooral veel kletsend; de kinderen willen vooral die rondfietsende mzungu een handje geven, sommige mannen vinden zich heel belangrijk en komen zich voorstellen en een hand geven, maar echt, ik hou ze na 10 minuten al niet meer uit elkaar.
Op de shamba van Wim van den Burg is het elke ochtend om half zeven al een en al bedrijvigheid, om zeven uur is er gezamenlijk een korte bijeenkomst in alle stilte, en dan 5 minuten later verspreidt iedereen zich, werk in de groentetuin, waar heel wat van af komt door de irrigatiemethoden, of naar de bouw van scholen of putten. En dat zes dagen per week, daarom is zondag hier zo’n heerlijk rustige dag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten